Samenvatting
Bij het zoeken naar determinanten van ziekte onderscheidt men drie globale categorieën: genen, gedrag en omgeving (zie hoofdstuk 3). De genetische epidemiologie richt zich specifiek op de eerste categorie, en op de interactie tussen genetische kenmerken enerzijds en omgevings- of gedragsfactoren anderzijds. Als men het heeft over genen als determinanten, dan bedoelt men eigenlijk dat men op zoek is naar specifieke eiwitten die door deze genen worden gecodeerd of gereguleerd. Met het in kaart brengen van het menselijke genoom is duidelijk geworden dat het menselijk lichaam circa 20.000 tot 25.000 eitwit-coderende genen heeft, veel minder dan altijd werd verondersteld. Het aantal eiwitten in het menselijk lichaam is echter veel groter, hoewel niemand weet hoeveel groter. Schattingen gaan tot wel anderhalf miljoen. Eén gen codeert dus voor veel eiwitten en het zijn deze eiwitten die in onderlinge interactie zorgen dat het lichaam wordt opgebouwd en functioneert.