Skip to main content
Top

2010 | OriginalPaper | Hoofdstuk

64

Auteurs : Dr. A. C. de Groot, Dr. J. Toonstra

Gepubliceerd in: Casuïstiek in de dermatologie

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Abstract

Een vrouw van 36 jaar, een vriendin van uw vrouw, gaat tegenover u zitten en zegt: ‘Je ziet het zeker al, Mark, het is weer zo ver, maar nog erger dan anders’. En inderdaad hoeft haar probleem niet verwoord te worden: jeukend eczeem rond de ogen. Patiënte heeft als baby dauwworm gehad en later kreeg ze er astma en hooikoorts bij. Ze heeft nog regelmatig exacerbaties van eczeem, vooral op de polsen, de onderbenen en in de elleboogsplooien, maar ook rond de ogen, waar ze toch altijd wel wat irritatie heeft en ze regelmatig moet wrijven. ‘Dat komt vast van je cosmetica, Carien’, zegt u. Maar die suggestie wordt afgewezen: ‘Ja, dat zei Henk (haar man) ook al, maar dat kan eigenlijk niet, want ik heb geen nieuwe producten gebruikt en bovendien is het een goed en verdraaid duur hypoallergeen product, waar geen kleurstoffen en parabenen in zitten’.
Literatuur
go back to reference Dirven-Meijer PC, De Jong-Tieben LM, Besselink HJ, De Jongh TOH. Eczeem. Huisarts Wet. 2004;47(10):472–7. Dirven-Meijer PC, De Jong-Tieben LM, Besselink HJ, De Jongh TOH. Eczeem. Huisarts Wet. 2004;47(10):472–7.
Metagegevens
Titel
64
Auteurs
Dr. A. C. de Groot
Dr. J. Toonstra
Copyright
2010
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-8458-7_64