Skip to main content
Top

2009 | OriginalPaper | Hoofdstuk

6 Wet- en regelgeving voor de openbare apotheek

Auteur : C.R.C. Huizinga-Arp

Gepubliceerd in: Praktijkorganisatie voor apothekersassistenten

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

De Geneesmiddelenwet bevat een groot aantal bepalingen omtrent geneesmiddelen en de vervaardiging en distributie ervan. Zo stamt de indeling in AV-, UA-, UAD- en UR-geneesmiddelen uit deze wet. Verder waarborgt de wet de aanwezigheid van een apotheker in elke apotheek. De wet geeft aan wanneer een huisarts apotheekhoudend mag zijn.
Nederland kent al langer dan een eeuw een Opiumwet. De Opiumwet heeft als doel ongeoorloofde vervaardiging, sluikhandel en misbruik van de in de Opiumwet genoemde middelen tegen te gaan. De wet stelt verder strenge regels aan het vervaardigen, verspreiden en gebruiken van deze middelen. Voor de apotheek houdt dit in dat voor een aantal middelen, die in de Opiumwet worden genoemd, bepaalde recepteisen gelden. Sommige middelen moeten in een opiumkast worden opgeborgen, nadat men voor ontvangst van de groothandel een ontvangstbewijs heeft getekend. Iedere apotheek moet beschikken over een doorlopende voorraadregistratie van opiumwetmiddelen. Opiumwetrecepten moeten vijftien jaar worden bewaard en op een bepaalde manier worden opgeborgen.
De Wet BIG regelt voor een aantal beroepen, waaronder dat van arts en apotheker, titelbescherming, opleidingseisen, deskundigheidsgebied en voorbehouden handelingen, geheimhoudingsplicht en tuchtrecht. Het beroep van apothekersassistent wordt via een AMvB geregeld. De AMvB regelt titelbescherming, omschrijving van het deskundigheidsgebied en beroepsgeheim. Een apothekersassistent kan niet voor het tuchtrecht worden gedaagd.
De WGBO regelt de relatie tussen patiënt en zorgverlener. De WGBO verplicht apothekers om dossiers, waaronder ook recepten vallen, vijftien jaar te bewaren. Apothekersassistenten vallen niet onder de WGBO. Iedere zorgaanbieder moet volgens de Wet klachtrecht cliënten zorgsector een regeling treffen voor de behandeling van klachten en zijn cliënten wijzen op het bestaan van deze regeling. De KNMP heeft samen met de NPCF een klachtenregeling in het leven geroepen, waar apothekers gebruik van kunnen maken.
De Arbowet heeft ten doel het werken voor werknemers zo veilig mogelijk te maken. Voor de apotheek betekent dit dat bepaalde handelingen niet mogen worden uitgevoerd tenzij er speciale voorzorgsmaatregelen zijn getroffen, zoals werken in een downflow LAF-kast of onder gebruikmaking van PBM’s. Iedere apotheek moet beschikken over een preventiemedewerker. De arbeidsinspectie houdt toezicht op handhaving en naleving van de Arbowet en kan boetes opleggen wanneer de wet niet wordt nageleefd.
De Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) is in het leven geroepen om de privacy van burgers te beschermen. Naast NAW-gegevens beschikt de apotheek over zogenoemde bijzondere gegevens, doordat de apotheek beschikt over de medicatiehistorie van een persoon. Gebruik hiervan is onder andere toegestaan, wanneer de betrokkene hiervoor toestemming heeft gegeven, het gebruik nodig is voor de uitvoering of voorbereiding van een overeenkomst of van vitaal belang is. Het overhandigen van een recept mag worden uitgelegd als het geven van toestemming voor opname van de gegevens in de medicatiehistorie. De apotheek mag niet zomaar van alles met de informatie uit de medicatiehistorie doen. Het CBP geeft advies en houdt toezicht op de naleving van de Wpb.
Metagegevens
Titel
6 Wet- en regelgeving voor de openbare apotheek
Auteur
C.R.C. Huizinga-Arp
Copyright
2009
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-8107-4_6