Skip to main content
Top

2007 | OriginalPaper | Hoofdstuk

4a Addendum: de stabiliteit van het glenohumerale gewricht

Auteur : Koos van Nugteren

Gepubliceerd in: Onderzoek en behandeling van de schouder

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

Het glenohumerale gewricht is – in vergelijking met het heupgewricht – zeer klein en vlak. Zijn stabiliteit is dan ook nagenoeg volledig afhankelijk van de omringende structuren. De scapulohumerale ligamenten zijn niet strak om het gewricht heen gespannen en laten een grote beweeglijkheid toe. Ze spelen dan ook vooral een rol nabij de bewegingsgrenzen van het gewricht.1 Wel kunnen de scapulohumerale ligamenten gespannen worden door erin uitstralende peesvezels van de rotatorcuffmusculatuur. Deze bestaat uit vier diep gelegen spieren die alle hun aanhechting hebben rondom de schouderkop. De vier pezen lopen in elkaar over en vormen samen een soort ‘manchet’ die de schouderkop omvat. Bij contractie van de rotatorcuffmusculatuur comprimeren ze de kop in de kom (figuur 4a-1). De rotatorcuffmusculatuur is vooral actief in de functionele middenstanden van de arm omdat de ligamenten dan op zichzelf niet op spanning staan.2 Zwakte of disfunctioneren van de rotatorcuffmusculatuur tast de stabiliteit van het schoudergewricht aan.
Voetnoten
1
Peesdegeneratie wordt ook wel ‘tendinose’ genoemd. Uitgebreide informatie over deze aandoening is te vinden in een eerder verschenen boek in de serie Orthopedische Casuïstiek: onderzoek en behandeling van peesaandoeningen – tendinose (Koos van Nugteren, Dos Winkel. Met bijdragen van Paul van der Tas).
 
2
Een uitgebreid oefenprogramma voor stabilisering van de schouder is te vinden in Orthopedische Casuïstiek, 1999: stabilisering van de schouder (Omer Matthijs).
 
Literatuur
1.
go back to reference Rockwood CA, Matsen FA, Wirth MA, Lippitt SB. The shoulder (3rd edition). Philadelphia: Saunders, 2004: hoofdstuk 14. Rockwood CA, Matsen FA, Wirth MA, Lippitt SB. The shoulder (3rd edition). Philadelphia: Saunders, 2004: hoofdstuk 14.
2.
go back to reference Lippitt SB, Matsen FA. Mechanisms of glenohumeral joint stability. Clin Orthop Relat Res 1993 Jun;(291):20-8. Lippitt SB, Matsen FA. Mechanisms of glenohumeral joint stability. Clin Orthop Relat Res 1993 Jun;(291):20-8.
3.
go back to reference Halder AM, Kuhl SG, Zobitz ME, Larson D, An KN. Effects of the glenoid labrum and glenohumeral abduction on stability of the shoulder joint through concavity-compression: an in vitro study. J Bone Joint Surg Am 2001 Jul;83-A(7):1062–9.PubMed Halder AM, Kuhl SG, Zobitz ME, Larson D, An KN. Effects of the glenoid labrum and glenohumeral abduction on stability of the shoulder joint through concavity-compression: an in vitro study. J Bone Joint Surg Am 2001 Jul;83-A(7):1062–9.PubMed
4.
go back to reference Gagey O, Hue E. Mechanics of the deltoid muscle. A new approach. Clin Orthop Relat Res 2000 Jun;(375):250-7. Gagey O, Hue E. Mechanics of the deltoid muscle. A new approach. Clin Orthop Relat Res 2000 Jun;(375):250-7.
Metagegevens
Titel
4a Addendum: de stabiliteit van het glenohumerale gewricht
Auteur
Koos van Nugteren
Copyright
2007
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-6355-1_7