2009 | OriginalPaper | Hoofdstuk
4 Psychische aandoeningen
Auteurs : J. van Amerongen, H. Elling
Gepubliceerd in: Geneesmiddelenkennis voor doktersassistenten
Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum
Samenvatting
-
In de slaap onderscheiden we perioden van diepe slaap en droomof REM-slaap.
-
Voorlichting over een normale slaap is zeer belangrijk. Slaapmiddelen worden alleen toegepast als iemand ook overdag last heeft van een tekort aan slaap.
-
Angst en onrust zijn verschijnselen van angststoornissen waarbij de patiënt klachten heeft die variëren van piekeren tot ernstige lichamelijke verschijnselen, zoals pijn op de borst.
-
Bij angststoornissen moet in de eerste plaats iets gedaan worden aan de oorzaak. Veelal zal gespreks- of gedragstherapie noodzakelijk zijn.
-
De meeste slaap- en kalmeringsmiddelen behoren tot de benzodiazepinen of verwante verbindingen.
-
Het advies bij het gebruik van slaapmiddelen is: alleen ‘zo nodig’ gebruiken en gedurende maximaal twee weken. Bij langdurig gebruik gaat de werking achteruit.
-
Combinatie van alcoholhoudende drank met een slaap- of kalmeringsmiddel versterkt het effect van beide.
-
Slaap- en kalmeringsmiddelen kunnen het concentratievermogen verminderen, waardoor onder andere de rijvaardigheid negatief beïnvloed wordt.
-
Benzodiazepinen hebben weinig bijwerkingen, al kunnen ze vooral bij oudere mensen problemen geve (spierverslapping).
-
Benzodiazepinen geven gewenning waardoor patiënten meer gebruiken dan voorgeschreven is, zodat ze vaak te vroeg terugkomen voor een herhaalrecept.
-
Benzodiazepinen kunnen aanleiding geven tot verslaving door emotionele en lichamelijke afhankelijkheid. Beëindiging van de therapie kan daardoor problemen opleveren.