Skip to main content
Top

2005 | OriginalPaper | Hoofdstuk

4 Ontwikkelingen in de vraag naar zorg: ingrijpende gebeurtenissen

Auteur : Frank Hermans

Gepubliceerd in: Op zoek naar bescherming

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

De wetgeving voor kinderen die in de overgang van de negentiende naar de twintigste eeuw werd ontwikkeld, was er vooral op gericht om, naast het inperken van kinderarbeid, kinderen te beschermen tegen moreel verval. Kinderverwaarlozing werd direct geassocieerd met misdaad en prostitutie.
Voetnoten
1
Koomen (1997:496).
 
2
Van Montfoort (1994:71-93).
 
3
Koomen (1999:59).
 
4
In Nederland kwamen er maatregelen die zijn uitgemond in de ondertoezichtstelling, ontheffing en ontzetting uit de ouderlijke macht en plaatsing in een inrichting voor jeugdigen (Koomen, 1997:497).
 
5
Pfohl (1977).
 
6
Van Montfoort (xxx: 96,111,152-179,226).
 
7
Koomen (1999:87).
 
8
Wouters (1998: 610).
 
9
Zoals Freeman stelt: "The ‘discovery’ of child abuse may have done more for the social work profession than it has done for children." (Koomen, 1999:88).
 
10
Dijkstra (2000:269); Willems (1998:571). Volgens Draijer (1999:153) kunnen de gevolgen o.a. bestaan uit ontwrichting van de persoonlijkheidsontwikkeling, dissociatieve stoornissen, slaap- en concentratiestoornissen, eetstoornissen, relatieproblemen of depressies, maar ook agressie en antisociale stoornissen. De prevalentie van ernstige fysieke mishandeling van meisjes wordt geschat op 10%. Retrospectieve prevalentieschattingen van ‘seksueel misbruik’ variëren van 12 tot 33% onder volwassen vrouwen en van 10 tot 55% onder opgenomen patiënten.
 
11
Koomen (1999: 89,100-102).
 
12
Koomen (1999).
 
13
Herman (1995:129-152).
 
14
Healy (1997:108). Enkele schokkende cijfers zijn dat in de Verenigde Staten twintig procent van de gevangenisbewoners is veroordeeld voor misdaden tegen kinderen. Elf procent van de kinderen in de Verenigde Staten leeft met minstens één ouder die verslaafd is aan alcohol of drugs.
 
15
Putnam (1999, bijlage 1).
 
16
Van Dantzig (2000:36).
 
17
Koomen (1997:520-522); Koomen (1999:124-126, 156,158).
 
18
Piekaar (1994:30).
 
19
Willems (1998:491).
 
20
Herman (1995).
 
21
Van Dantzig (1995a: 74).
 
22
Boutellier (1993:145).
 
23
Boutellier (1993:147-149).
 
24
Van Montfoort (1994:216).
 
25
In Nederland begonnen met een van de meest aandachttrekkende affaires in Nederland, de Bolderkaraffaire, uitgemond in de werkgroep fictieve herinneringen.
 
26
Voor recente algemene overzichten en analyses van de Nederlandse situatie: Beunders (2002); Hermans (2001); De Swaan (1998). Voor gevaren, verleidingen en uitwassen zie: Heijne (1997).
 
27
Boutellier (1993:151). Mensen zijn de intieme leefwereld meer gaan zien als de kern en de maatstaf van hun leven (De Vries, 2000:149).
 
28
Walgrave (2000).
 
29
Boutellier (1993:101,127), zie ook Walgrave (2004:48).
 
30
Van den Bogaard (1992:101,123,127).
 
31
Van den Bogaard (id:27,95).
 
32
Boutellier (1993:106); Verrijn Stuart (1997).
 
33
Zie ook De Vries (2001:160-165).
 
34
Winkel (2002).
 
35
Nussbaum (2004).
 
36
Draijer (1997:14).
 
37
Zie voor dit thema en voor de volgende passages Kleber, Brom en Defares (1986:111,103,129,194).
 
38
Voor een gedegen overzicht van de rouwtaken en het onderzoek daarbij, zie Van der Wal (1988:11-27).
 
39
Van der Wal geeft het cijfer van 20% dat eindigt in een echtscheiding, andere onderzoeken die moeilijker te interpreteren zijn geven hogere cijfers. Van der Wal (1998: 29). Hij bestrijdt de populaire ideeën van Kubler Ross als zou echtscheiding vrijwel altijd voorkomen.
 
40
Interview met W. Thomèse in Vrij Nederland, 20 december, 2003.
 
41
Onderzoeksresultaten spreken elkaar hier tegen, de meerderheid gaat in de richting van ernstiger consequenties van onverwacht verlies. Dit wordt door het eigen onderzoek van Van der Wal onder 91 nabestaanden van personen die door suïcide zijn omgekomen en 93 nabestaanden van dodelijk verongelukte verkeersslachtoffers bevestigd (Van der Wal, 1988:33,89).
 
42
Van Dantzig (2000:104).
 
43
Van der Wal (1988:23). De schrijver Thomèse zegt: "Schrijvend begreep ik pas mijn verdriet…door de ervaring flets en inwisselbaar te maken kon ik de ervaring zelf met analytische precisie beschrijven…het gaat niet om de details van de talkshow, maar de inzichten van een ervaring" (Vrij Nederland, 20-12-2003).
 
44
Wouters (1990:227-228).
 
45
Van Dantzig (2000:95-104,115).
 
46
Goffman (1977/1957).
 
47
De Laender (1996:342).
 
48
Blok (2004: hfd 4 en 5).
 
49
De Swaan (1982: hfd 9).
 
50
Van Dantzig (1995a:166-170).
 
51
Wouters (1990:208-233).
 
52
Herman (1993:105-113).
 
53
Rorty (1992:223).
 
Metagegevens
Titel
4 Ontwikkelingen in de vraag naar zorg: ingrijpende gebeurtenissen
Auteur
Frank Hermans
Copyright
2005
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-9392-3_4