Skip to main content
Top

2011 | OriginalPaper | Hoofdstuk

25 Knobbel in de borst

Auteurs : H.G.L.M. Grundmeijer, G.J. den Heeten

Gepubliceerd in: Diagnostiek van alledaagse klachten

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

De arts zal een risico-inschatting maken en het beleid daarop afstemmen. Van belang daarbij zijn de leeftijd van patiënt, de (familiaire) voorgeschiedenis, de anamnese, het lichamelijk onderzoek en ten slotte het aanvullend beeldvormend onderzoek (zie figuur 6).
Slechts bij 7% van alle vrouwen met een knobbel betreft het een maligniteit.4 De a-priorikans op een maligniteit hangt sterk af van de leeftijd. Ongeveer 20% van de patiënten blijkt al incurabel als zij zich bij de dokter melden, vanwege de aanwezigheid van metastasen op afstand. Retrospectief is het percentage incurabele patiënten nog hoger, zoals uit mortaliteitscijfers blijkt.[4]
Een cyste kan men laten zitten. In de praktijk worden cysten die door een huisarts wordt gevonden alleen gepuncteerd als de vrouw dat wenst. Het vocht wordt weggegooid en gaat niet naar de patholoog. Als een chirurg een cyste aantreft, zal deze eerder puncteren – na overleg met de vrouw – en vervolgens nogmaals palperen om te kijken of er nog een andere palpabele laesie blijkt te zijn (zéér zeldzaam).
Ook een fibroadenoom kan men laten zitten. De belangrijkste vraag is hoe hoog de validiteit van de diagnose fibroadenoom na beeldvormend onderzoek is. Deze is zeer hoog, hoewel een carcinoom een enkele keer op een fibroadenoom lijkt. Om deze laatste reden, en ook omdat een fibroadenoom uit zichzelf niet verdwijnt maar vaak groter wordt, worden in de praktijk de meeste echografische fibroadenomen gepuncteerd en cytologisch onderzocht. Follow-up is niet nodig. Dat geldt ook als men, in overleg met de patiënte, het fibroadenoom laat zitten.
Literatuur
1.
go back to reference Meijboom-de Jong B, Veen WA van. Borstzelfonderzoek. Huisarts Wet 1984;27:421-5. Meijboom-de Jong B, Veen WA van. Borstzelfonderzoek. Huisarts Wet 1984;27:421-5.
2.
go back to reference Hackshaw AK, Paul EA. Breast self-examination and death from breast cancer: a meta-analysis. Br J Cancer 2003;88:1047-53. Hackshaw AK, Paul EA. Breast self-examination and death from breast cancer: a meta-analysis. Br J Cancer 2003;88:1047-53.
3.
go back to reference Okkes JM, Oskam SK, Lamberts H. Van klacht naar diagnose. Bussum: Uitgeverij Coutinho, 1998. Okkes JM, Oskam SK, Lamberts H. Van klacht naar diagnose. Bussum: Uitgeverij Coutinho, 1998.
4.
go back to reference Duijm LEM. Breast imaging for general practice: A transmural management study. Dissertation. Utrecht: Faculteit Geneeskunde Universiteit van Utrecht, 1998. Duijm LEM. Breast imaging for general practice: A transmural management study. Dissertation. Utrecht: Faculteit Geneeskunde Universiteit van Utrecht, 1998.
5.
go back to reference Berek JS. Gynecology. 12th ed. Baltimore: Williams & Wilkins, 1997. Berek JS. Gynecology. 12th ed. Baltimore: Williams & Wilkins, 1997.
6.
go back to reference Robbins SL. Pathologic basis of disease. 5th ed. Philadelphia: WB Saunders, 1994. Robbins SL. Pathologic basis of disease. 5th ed. Philadelphia: WB Saunders, 1994.
7.
go back to reference Hunter TB, Roberst CC, Hunt KR, Fajardo NL. Occurence of fibroadenomas in postmenopausal women referred for breast biopsy. J Am Geriatr Soc 1996;44(1):61-4. Hunter TB, Roberst CC, Hunt KR, Fajardo NL. Occurence of fibroadenomas in postmenopausal women referred for breast biopsy. J Am Geriatr Soc 1996;44(1):61-4.
8.
go back to reference Sterfte door borstkanker. Geraadpleegd via www.RIVM.nl in september 2010. Sterfte door borstkanker. Geraadpleegd via www.RIVM.nl in september 2010.
9.
go back to reference Continue Morbiditeitsregistratie (CMR) Nijmegen e.o. Afd. Huisartsgeneeskunde, Universitair Medisch Centrum St. Radboud, Nijmegen. Continue Morbiditeitsregistratie (CMR) Nijmegen e.o. Afd. Huisartsgeneeskunde, Universitair Medisch Centrum St. Radboud, Nijmegen.
10.
go back to reference Offit K, Brown KI. Quantitating familial cancer risk: a resource for clinical oncologists (review). J Clin Oncol 1994;12:1724-36. Offit K, Brown KI. Quantitating familial cancer risk: a resource for clinical oncologists (review). J Clin Oncol 1994;12:1724-36.
11.
go back to reference NHG-Standaard Diagnostiek van mammacarcinoom. Tweede herziening 2008 (www.artsennet.nl). NHG-Standaard Diagnostiek van mammacarcinoom. Tweede herziening 2008 (www.artsennet.nl).
12.
go back to reference Tilanus-Linthorst MMA. Gunstige resultaten van periodieke controle bij vrouwen met verhoogd risico van borstkanker; retrospectief onderzoek. Ned Tijdschr Geneeskd 1995;139(9):445-9. Tilanus-Linthorst MMA. Gunstige resultaten van periodieke controle bij vrouwen met verhoogd risico van borstkanker; retrospectief onderzoek. Ned Tijdschr Geneeskd 1995;139(9):445-9.
13.
go back to reference Duijm LEM, Guit GL, Hendriks JH, et al. Value of breast imaging in women with painful breasts: observational follow up study. Br Med J 1998;317:1492-5. Duijm LEM, Guit GL, Hendriks JH, et al. Value of breast imaging in women with painful breasts: observational follow up study. Br Med J 1998;317:1492-5.
14.
go back to reference Chalabian J, Dunnigton G. Does our current assessment assure competency in clinical breast evaluation. Am J Surg 1998;175(6):497-502. Chalabian J, Dunnigton G. Does our current assessment assure competency in clinical breast evaluation. Am J Surg 1998;175(6):497-502.
15.
go back to reference Saiz E, Toonkle R, Poppiti TJ, et al. Infiltrating breast carcinoma smaller than 0,5 centimeters: is lymph node dissection necessary? Review. Cancer 1999;85(10):2206-11. Saiz E, Toonkle R, Poppiti TJ, et al. Infiltrating breast carcinoma smaller than 0,5 centimeters: is lymph node dissection necessary? Review. Cancer 1999;85(10):2206-11.
16.
go back to reference Richtlijn Mammacarcinoom. Amsterdam: Nationaal Borstkanker Overleg Nederland, 2008. Richtlijn Mammacarcinoom. Amsterdam: Nationaal Borstkanker Overleg Nederland, 2008.
17.
go back to reference Zonderland HM, Tuut MK, Heeten GJ den, Asperen CJ van, et al. Richtlijn Screening en diagnostiek van het mammacarcinoom. Herziening. Ned Tijdschr Geneeskd 2008:152(43):2336-9. Zonderland HM, Tuut MK, Heeten GJ den, Asperen CJ van, et al. Richtlijn Screening en diagnostiek van het mammacarcinoom. Herziening. Ned Tijdschr Geneeskd 2008:152(43):2336-9.
18.
go back to reference Duijm LEM, Zaat JO, Koon AR, et al. Sensitivity, specificity and predictive values of breast imagining in the detection of cancer. Br J Cancer 1997;76:377-81. Duijm LEM, Zaat JO, Koon AR, et al. Sensitivity, specificity and predictive values of breast imagining in the detection of cancer. Br J Cancer 1997;76:377-81.
19.
go back to reference Helvie MA, Pennes DR, Rebner M, et al. Mammographic follow-up of low-suspicion lesions: compliance rate and diagnostic yield. Radiology 1991;178:155-8. Helvie MA, Pennes DR, Rebner M, et al. Mammographic follow-up of low-suspicion lesions: compliance rate and diagnostic yield. Radiology 1991;178:155-8.
20.
go back to reference Heeten GJ den, Rooij WJ van, Roukema JA. Echografie is van belang als aanvullend onderzoek bij mammografie. Ned Tijdschr Geneeskd 1993;137(46):2378-83. Heeten GJ den, Rooij WJ van, Roukema JA. Echografie is van belang als aanvullend onderzoek bij mammografie. Ned Tijdschr Geneeskd 1993;137(46):2378-83.
21.
go back to reference Perre CL, Hoohe P de, Hustinx PA, et al. Echografisch onderzoek van de palpabele mammatumor zeer waardevol. Ned Tijdschr Geneeskd 1993;137:2347-9. Perre CL, Hoohe P de, Hustinx PA, et al. Echografisch onderzoek van de palpabele mammatumor zeer waardevol. Ned Tijdschr Geneeskd 1993;137:2347-9.
22.
go back to reference Lister D. The accuracy of breast ultrasound in the evaluation of clinically benign discrete, symptomatic breast lumps. Clin Radiol 1998;53(7):490-2. Lister D. The accuracy of breast ultrasound in the evaluation of clinically benign discrete, symptomatic breast lumps. Clin Radiol 1998;53(7):490-2.
Metagegevens
Titel
25 Knobbel in de borst
Auteurs
H.G.L.M. Grundmeijer
G.J. den Heeten
Copyright
2011
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-8364-1_26