Skip to main content
Top

2009 | OriginalPaper | Hoofdstuk

23 Een tracheastoma en tracheacanule verzorgen

Auteurs : Nicolien van Halem, Henny de Leeuw, Tera Stuut, Johan van ’t Wout

Gepubliceerd in: Beroepspraktijkvorming Verzorgende-IG

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

Ademhalen is voor de meeste mensen een vanzelfsprekende zaak. We halen adem om onze organen van zuurstof te kunnen voorzien, te praten, ons in te spannen en te ontspannen. Wanneer bij een zorgvrager door een ongeluk of een (spier)ziekte een (tijdelijk) tracheastoma is gemaakt, moet je als verzorgende het stoma en de tracheacanule verzorgen. Voor de zorgvrager en zijn omgeving is het zeer ingrijpend: de zorgvrager kan niet meer normaal ademen en spreken. Het communiceren met de zorgvrager is veranderd, waardoor de omgang moeilijker wordt. Goede voorlichting, begeleiding, instructie en de houding van de verzorgende zijn dan van essentieel belang.
Metagegevens
Titel
23 Een tracheastoma en tracheacanule verzorgen
Auteurs
Nicolien van Halem
Henny de Leeuw
Tera Stuut
Johan van ’t Wout
Copyright
2009
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-9708-2_27