Skip to main content
Top

2012 | OriginalPaper | Hoofdstuk

14 Zorgen voor kwaliteit

Auteurs : Marieke van der Burgt, Els van Mechelen-Gevers

Gepubliceerd in: Inleiding in de gezondheidszorg

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

Kwaliteit van een product of dienst houdt in dat het voldoet aan verwachtingen of eisen. Er zijn voor allerlei materialen, producten en diensten normen opgesteld. Bij zorg denk je aan veilige en goede zorg, maar ook de manier van zorgverlening, het proces, is belangrijk.
Huisartsen, apothekers en tandartsen hebben als beroepsgroep een opvatting over wat zij goede zorg vinden. Bijvoorbeeld zorg die aan de standaarden van de beroepsgroep voldoet. De Stichting Harmonisatie Kwaliteitsbeoordeling in de Zorgsector helpt zorginstellingen om hun kwaliteit te beoordelen.
Om kwaliteit te bevorderen wordt gewerkt met werkafspraken, protocollen, richtlijnen en standaarden. Kwaliteit kan worden verbeterd door te werken volgens de kwaliteitscyclus, met de vier stappen: plan, do, check en act.
Behalve de hulpmiddelen die de beroepsgroepen hebben opgesteld, zijn er wetten die over de kwaliteit van de zorg gaan.
De Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG) stelt eisen aan de kwaliteit van zorgverleners. De Wet BIG geldt voor iedereen die zorg verleent, alleen de eisen zijn preciezer omschreven voor beroepsgroepen die grotere verantwoordelijkheden hebben, omdat ze meer risico’s kunnen opleveren. Voorbeelden zijn: artsen, apothekers, fysiotherapeuten.
Het vakgebied en de titel van de beroepen die in de wet worden genoemd zijn beschermd (titelbescherming). Je mag je dus niet zomaar arts, apotheker of apothekersassistent noemen. Het beroep tandartsassistent en doktersassistent staat niet in de Wet BIG. Deze titels zijn dus niet wettelijk beschermd.
In de Wet BIG staan regels voor het mogen uitvoeren van risicovolle handelingen, de zogeheten voorbehouden handelingen.
Assistenten zijn niet zelfstandig bevoegd om voorbehouden handelingen uit te voeren. Zij moeten daarvoor de opdracht van een arts of apotheker krijgen. Als zij bekwaam zijn (voldoende kennis hebben en voldoende vaardig zijn), mogen zij de opdracht aannemen en de handeling uitvoeren. Als ze bekwaam zijn, en de dokter of apotheker weet dat ook, dan zijn ze bevoegd om de handeling uit te voeren. Wel moet de arts of apotheker toezicht kunnen houden.
In de Wet BIG staat dat beroepsgroepen zoals artsen en apothekers wettelijk verplicht zijn om een tuchtcommissie in te stellen. De beroepsgroepen van assisterenden hebben geen wettelijk verplicht tuchtrecht.
Volgens de Kwaliteitswet zorginstellingen is de instelling, zoals een meermanspraktijk of ziekenhuis, verantwoordelijk voor de kwaliteit van de zorg die de instelling biedt. De patiënt hoeft niet zelf uit te zoeken wie een fout heeft gemaakt of onvoldoende zorg heeft geleverd.
De Geneesmiddelenwet bevat regels voor:
  • toelating van geneesmiddelen in Nederland en registratie;
  • voorschrijven van geneesmiddelen via internet;
  • levering van geneesmiddelen: wie mag welke geneesmiddelen leveren;
  • verplicht melden van ernstige bijwerkingen; deze verplichting geldt voor artsen en apothekers.
Metagegevens
Titel
14 Zorgen voor kwaliteit
Auteurs
Marieke van der Burgt
Els van Mechelen-Gevers
Copyright
2012
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-9166-0_14