2017 | OriginalPaper | Hoofdstuk
13 Gezond ouder worden
De stress van ouder worden klinisch in kaart gebracht
Auteur : Pieter Verduin
Gepubliceerd in: Klinisch redeneren bij ouderen
Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum
Samenvatting
-
Voor professionals die voor de gezondheid van ouderen zorgen, lijkt het van belang op de hoogte te zijn van de mogelijkheid om gezond te zijn in een situatie van ouder worden, gebreken krijgen, ziek zijn, sterven. En te kunnen zien dat dit eigenlijk eenvoudig is (paragraaf 13.1).
-
Mensen hebben hun gevoelens van voorkeur voor het aangename en afkeer van narigheid vaak ontwikkeld tot een sensuous infatuation,een ‘gevoelensverliefdheid’. Daarnaast is bij mensen een aanhoudende gedachtestroom gaande (incessant thinking). Men denkt dat die gevoelens en die gedachten de essentie van het bestaan zijn. Wat mensen op die manier voor ‘dat waar het om gaat’ aanzien, blijkt op enig moment een illusie te zijn. Het bestaat alleen als idee, als uitvinding van mensen (paragraaf 13.2).
-
Het typische en specifieke van mensen is hun beschouwend vermogen. De filosoof M. Heidegger noemt dat ontologisch kijken. Met ontisch wordt bedoeld: een ‘zijnde’ analyseren, onderzoeken hoe iets in elkaar zit, zonder die analyse te koppelen aan de ontologische vraag: wat is ‘zijn’. Bij ouderdomsgebreken, chronische ziekten of sterven stuit de ontische benadering op haar grenzen. De ontologische benadering biedt hier uitkomst (paragraaf 13.3).
-
In het op een ontologische manier kijken naar je situatie en daarnaar handelen zijn een paar tussenstappen aan te wijzen. Het gaat om een reis langs vier stations: een berustingsprestatie leveren, persoonlijk groeien, rijpen en rijker worden. Die tussenstappen kunnen zorgprofessionals erbij helpen te zien waar de aan hun zorg toevertrouwde patiënten in het proces zitten (paragraaf 13.4).
-
Het ICF-model kan helpen bij het klinisch redeneren over de mogelijke levensontwikkeling bij patiënten. Er is een uitwerking van het ICF-model in het formulier Rehabilitation Problem Solving. In dit RPS-formulier is er ruimte voor de patiëntverwoording van zijn situatie, met daaronder de visie van de zorgprofessional op mediators: beïnvloedbare oorzaak-gevolgverbanden (paragraaf 13.5).