Skip to main content
Top

2016 | OriginalPaper | Hoofdstuk

12 Veranderingen van stemming, gedrag en persoonlijkheid

Auteur : Dr. Ben van Cranenburgh

Gepubliceerd in: Neuropsychologie

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

  • Voor het leven na een hersenbeschadiging zijn veranderingen van gedrag, stemming en persoonlijkheid vaak beslissend. Het is belangrijk deze zo goed mogelijk in kaart te brengen.
  • Gedrag kan afnemen (‘min-gedrag’), of toenemen (‘plus-gedrag’).
  • De gedragsverandering kan een direct gevolg zijn van de laesie zélf, kan een reactie zijn op de gevolgen van stoornissen, of kan door de omgeving worden uitgelokt.
  • Gedrag kan ook pre-existent zijn: losse handjes vóór, maar ook na het ongeval c.q. CVA.
  • Gedrag kan ook zijn uitgelokt door of aangeleerd in de instelling, bijvoorbeeld aandachtvragend gedrag bij personeelstekort.
  • Een veel voorkomend probleem is een beperking van inzicht in stoornis of ziekte, met als uiterste ontkenning (noso-agnosie). De patiënt kan zich gevaarlijk gedragen en ongelukken maken.
  • Frontale laesies worden tegenwoordig vaak dysexecutief syndroom genoemd.
  • Voor het type gedrag maakt het uit waar de laesie in de lobus frontalis zit: orbitaal, mediaal of dorsolateraal.
  • In de praktijk worden nogal gemakkelijk etiketten op de patiënt gedrukt: niet-coöperatief, emotioneel ontremd enzovoort.
  • Het is belangrijk het gedrag niet alleen maar te benoemen, maar ook te analyseren.
Metagegevens
Titel
12 Veranderingen van stemming, gedrag en persoonlijkheid
Auteur
Dr. Ben van Cranenburgh
Copyright
2016
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-368-1530-7_12