2016 | OriginalPaper | Hoofdstuk
11 Samenwerken met andere disciplines
Auteurs : Angèle Jonker, Wilma Spijkers, Betty van Wijngaarden
Gepubliceerd in: Kleinschalig zorgen
Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum
Samenvatting
-
Artsen en therapeuten verlenen in de kleinschalige woongroep op een andere manier zorg en werken op een andere manier samen met de verzorgenden dan in een traditioneel verpleeghuis: De belangrijkste verschillen (zie hoofdstuk 11):
-
○ de bewoner houdt de regie en bepaalt mede wanneer de behandelaar op bezoek kan komen en heeft inspraak op de behandeling;
-
○ de behandeling is persoonsgericht en dat vraagt inlevingsvermogen van alle behandelaren;
-
○ de kennis en informatie die de familie heeft over de bewoner over voor- en afkeuren en gewoontes is nuttige informatie die de behandelaar gebruikt om de behandeling op af te stemmen;
-
○ verzorgenden hebben een signalerende functie en moeten kunnen inschatten wanneer het nodig is om een behandelaar te raadplegen. Daarom coachen behandelaren de verzorgenden en bevorderen hun deskundigheid;
-
○ behandelaren en verzorgenden maken heldere afspraken, bijvoorbeeld over wanneer en waar spreekuren plaatsvinden, over de verdeling van de verantwoordelijkheid en coaching en sturing hierop;
-
○ de samenwerking tussen behandelaren en verzorgenden is een wisselwerking. Een goede wisselwerking zorgt voor wederzijds begrip, het benutten van elkaars kwaliteiten en goed samenwerking om de kwaliteit van leven van bewoners te verbeteren.
-