Skip to main content
Top

2012 | mbo verpleegkundige/niveau 4 | Boek

Verpleegkunde voor mbo

Auteur: Wupke Boog

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

insite
ZOEKEN

Over dit boek

Verpleegkunde voor mbo gaat over het professioneel uitoefenen van het verpleegkundige beroep. De kerntaken van de mbo-verpleegkundige komen ruimschoots aan bod; het bieden van verpleegkundige zorg, ondersteuning en begeleiding vanuit het verpleegplan en het uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken.

Dit boek beschrijft niet alleen wat deze kerntaken van mbo-verpleegkundigen inhouden, maar ook hoe je die het beste aan kunt pakken. Daarom zijn veel voorbeelden opgenomen die de inhoud concreet maken en stappenplannen die houvast geven bij de uitvoering in de praktijk.

Het boek bestaat uit vier delen. Het eerste deel brengt het beroep van de mbo-verpleegkundige in beeld: waar gaat het om in de verpleging en waar werken verpleegkundigen? In het tweede deel staat het methodisch werken centraal. De stappen van het verpleegkundig proces worden beschreven en naast het verpleegplan is er aandacht voor het zorgleefplan. In het derde deel ligt de nadruk op de juridische en ethische aspecten van de verpleegkundige beroepsuitoefening en preventie en voorlichting. Het vierde deel bevat onderwerpen die te maken hebben met de organisatie en professiegebonden taken.

Verpleegkunde voor mbo is allereerst bestemd voor verpleegkundigen in opleiding, om vertrouwd te raken met de inhoud en taal van het verpleegkundig beroep. Daarnaast kunnen verpleegkundigen in de praktijk het boek gebruiken als naslagwerk en om hun inzicht in verpleegkundige ontwikkelingen te vergroten.

Inhoudsopgave

Voorwerk

Deel 1 Het beroep van de mbo-verpleegkundige

Voorwerk
1 Waar gaat het om in de verpleging?
Samenvatting
In de gezondheidszorg werken veel verschillende beroepsgroepen. Een belangrijke en grote beroepsgroep is die van verpleegkundigen. Dit hoofdstuk geeft een globaal beeld van de verpleegkundige beroepsuitoefening op mbo-niveau. Waar houden mbo-verpleegkundigen zich mee bezig? Welke eisen worden aan de beroepsgroep gesteld? En welke ontwikkelingen hebben invloed op de beroepsuitoefening van verpleegkundigen? Bij de beroepsuitoefening moeten verpleegkundigen zich houden aan de kaders die voor de beroepsgroep gelden. Dit zijn kaders vanuit onder meer wetgeving, beroepscode, richtlijnen en protocollen. De belangrijkste kaders komen in dit hoofdstuk aan de orde. Naast deze kaders die richting geven aan het verplegen, hebben verpleegkundigen ook hun eigen ideeën over hoe er verpleegd moet worden. In dit hoofdstuk gaan we daarom in op verschillende visies op verplegen en de reden waarom het belangrijk is dat elke verpleegkundige haar handelen kan onderbouwen vanuit een visie op verplegen.
Wupke Boog
2 Waar werken verpleegkundigen?
Samenvatting
Verpleegkundigen houden zich, samen met veel andere hulpverleners, bezig met de gezondheid van mensen. Zij werken in de gezondheidszorg. Dit hoofdstuk geeft een overzicht van het brede werkveld dat gezondheidszorg heet. Hoe zijn de gezondheidszorgvoorzieningen toegankelijk voor de zorgvrager en welke zijn dat? Daarnaast zijn het niet alleen hulpverleners die zorg verlenen; ook familieleden of vrijwilligers zorgen vaak voor anderen. Aan de basis van dit alles staat de zorg die iemand voor zichzelf heeft. De begrippen die bij deze vormen van zorg horen lichten we toe: zelfzorg, mantelzorg, vrijwillige zorg en professionele zorg. In de tweede helft van dit hoofdstuk beschrijven we de werkvelden of branches waarin verpleegkundigen kunnen werken. Wat is het specifieke van een werkomgeving en welke hulpvraag hebben de zorgvragers daar? We geven een schets van wat verpleegkundigen kunnen tegenkomen in ziekenhuis, verpleeg- en verzorgingshuis, thuiszorg, geestelijke gezondheidszorg en gehandicaptenzorg.
Wupke Boog

Deel 2 Methodisch werken

Voorwerk
3 Oriëntatie op het verpleegkundig proces
Samenvatting
Dit is het eerste hoofdstuk van deel 2 Methodisch werken. In vier hoofdstukken komen alle fasen van het methodisch werken op basis van het verpleegkundig proces aan bod. In dit hoofdstuk gaan we in op wat methodisch werken is, hoe een methodische aanpak er uit ziet en welke invloed een visie op verplegen daarbij heeft. Bij het verpleegkundig proces moeten verpleegkundigen veel besluiten nemen. We beschrijven welke afwegingen ze daarbij maken om tot een verantwoorde besluitvorming te komen. Zij maken daarbij gebruik van een speciaal begrippenkader dat ook in dit hoofdstuk toegelicht zal worden. We sluiten dit hoofdstuk af met een begrippenkader dat zowel door verpleegkundigen als door andere disciplines gebruikt kan worden.
Wupke Boog
4 Verzamelen van gegevens en vaststellen van verpleegkundige diagnosen
Samenvatting
In dit hoofdstuk gaan we in op de eerste twee fasen van het methodisch verplegen: het verzamelen van gegevens en het vaststellen van verpleegkundige diagnosen. Deze twee fasen worden ook wel de diagnostische fase genoemd. De gegevens die verpleegkundigen verzamelen in de eerste fase van het verpleegkundig proces, zijn bedoeld om een beeld te krijgen van wat er met de zorgvrager aan de hand is. Naast gegevens uit observaties, krijgen verpleegkundigen informatie door vragen te stellen tijdens een anamnesegesprek. Hoe het anamnesegesprek verloopt, lichten we in dit hoofdstuk toe. De verkregen informatie wordt gebruikt in de tweede fase van het verpleegkundig proces om de ondersteuningsvragen, zorgproblemen en verpleegkundige diagnosen vast te stellen. In het tweede deel van dit hoofdstuk komt naar voren hoe je deze verpleegkundige diagnosen moet formuleren en vaststellen.
Wupke Boog
5 Formuleren van resultaten en kiezen van interventies
Samenvatting
Na het verzamelen van gegevens en het vaststellen van verpleegkundige diagnosen in de diagnostische fase, komt de planningsfase. In deze fase worden de beoogde resultaten geformuleerd en de verpleegkundige interventies gekozen. In dit hoofdstuk gaan we eerst in op het formuleren van beoogde resultaten. Wat wordt daar precies mee bedoeld en welke eisen stelt men aan de formulering ervan? Ook staan we stil bij het besluitvormingsproces om tot de keuze van de juiste resultaten te komen. Op basis van de beoogde resultaten wordt vervolgens de verpleegkundige zorg gepland. We lichten toe welke verpleegkundige interventies er zijn en hoe je tot een juiste keuze komt. We sluiten dit hoofdstuk af met het verpleegplan; hierin worden de eerste vier fasen van het verpleegkundig proces vastgelegd.
Wupke Boog
6 Uitvoeren van interventies en evaluatie
Samenvatting
In dit hoofdstuk gaan we in op de laatste twee fasen van het verpleegkundig proces: de uitvoering van interventies en de evaluatie. In de praktijk betekent het uitvoeren van zorg niet dat je alleen maar doet. Het denken blijft in deze fase ook een belangrijke rol spelen. Bijvoorbeeld bij de keus welke interventies prioriteit hebben bij de uitvoering. Daarnaast gaan we in op het samenspel met mantelzorgers tijdens de uitvoering van zorg. We lichten in dit hoofdstuk verder toe wat ‘monitoren’ inhoudt en wat je over de uitvoering van de zorg in de voortgangsrapportage moet vermelden.
Het – voortdurend – evalueren is een steeds terugkerend kenmerk van het methodisch verplegen: telkens kijken of je op de goede weg bent, resultaten beoordelen en zo nodig interventies bijstellen. We bespreken welke vormen van evaluatie er zijn en hoe je het verpleegkundig proces effectief kunt evalueren.
Wupke Boog

Deel 3 Aspecten van de beroepsuitoefening

Voorwerk
7 Preventie en voorlichting
Samenvatting
Preventie krijgt veel aandacht in de zorg. Door preventief zorg te verlenen, kunnen veel klachten en ziekten worden voorkomen. In dit hoofdstuk lichten we toe wat verpleegkundigen kunnen doen aan preventie en welke vormen van preventie er zijn. Een belangrijke interventie bij het toepassen van preventie is het geven van voorlichting. Voorlichting wordt hierbij gebruikt als koepelbegrip, waaronder informatie, instructie, educatie en begeleiding vallen. We gaan ook in op gedragsgericht voorlichting geven, hoe verpleegkundigen de voorlichting op een methodische wijze kunnen aanpakken en tot slot welke voorlichtingsmaterialen verpleegkundigen kunnen gebruiken ter ondersteuning van de voorlichting.
Wupke Boog
8 Juridische aspecten
Samenvatting
Wetgeving is voor veel mensen een ‘ver van mijn bed’-show. Als alles goed gaat, is er geen reden om ermee bezig te zijn, denken ze. Maar voor verpleegkundigen ligt dat anders. Dagelijks hebben ze te maken met regels uit wetten die voorschrijven hoe ze iets moeten doen. In dit hoofdstuk gaan we daarom in op de juridische aspecten van de verpleegkundige beroepsuitoefening, die voortkomen uit het gezondheidsrecht. Het recht is vastgelegd in wet- en regelgeving; deze komt in het eerste deel van dit hoofdstuk aan de orde. We beschrijven de hoofdlijnen van zes wetten die ingaan op de rechten van de zorgvrager en de kwaliteit van zorg. In het tweede deel van dit hoofdstuk gaan we in op de beroepsverantwoordelijkheid en juridische aansprakelijkheid van verpleegkundigen. We lichten toe voor welke zaken verpleegkundigen verantwoordelijk zijn en op welke manier ze gerechtelijk aangesproken kunnen worden.
Wupke Boog
9 Ethische aspecten
Samenvatting
In hun dagelijks werk komen verpleegkundigen in aanraking met allerlei ethische vragen. Voorbeelden van ethische vragen zijn: moet je een zorgvrager dwingen om te eten als hij dat niet wil? Welke zorgvrager moet je het eerst helpen, degene die incontinent in bed ligt of degene die in tranen is uitgebarsten omdat hij het niet meer ziet zitten? Om de juiste beslissingen te kunnen nemen, is inzicht in de ethische aspecten van de verpleegkundige beroepsuitoefening belangrijk. Dit hoofdstuk gaat daarom in op de vragen als: waar gaat het om bij ethiek? Wat zijn veel voorkomende ethische vragen in de verpleging? Wat is nodig om ethisch te kunnen handelen? Vaak zijn er meerdere hulpverleners betrokken bij een ethische vraag, waarbij ieder een eigen mening heeft. Hoe kom je dan tot een gezamenlijk standpunt om de zorgvrager de beste zorg te kunnen geven? Het tweede deel van dit hoofdstuk gaat in op het reflecteren en bespreekbaar maken van ethische vragen en de besluitvorming daarover.
Wupke Boog

Deel 4 Organisatie en professiegebonden taken

Voorwerk
10 Organisatie en coördinatie van de zorgverlening
Samenvatting
Veel zorgvragers hebben 24 uur per dag verpleegkundige zorg nodig, terwijl een individuele verpleegkundige maar zo’n acht uur per dag werkt. Hoe zorg je er dan voor dat er altijd iemand voor de zorgvrager is? En hoe bewaak je dat er afstemming is tussen de werkzaamheden van de verschillende verpleegkundigen en andere hulpverleners? Dat kan door de zorg goed te organiseren en te coördineren. In dit hoofdstuk komen verschillende manieren aan bod om de verpleegkundige zorg te organiseren. We lichten toe wat het coördineren van zorg inhoudt en hoe je hieraan een bijdrage kunt leveren door met collega’s en andere hulpverleners samen te werken en door deel te nemen aan besprekingen. Tot slot gaan we in dit hoofdstuk in op het beleid van een instelling of afdeling. Door mee te denken over het beleid, kunnen verpleegkundigen hun werkomstandigheden positief beïnvloeden.
Wupke Boog
11 Werkbegeleiding geven
Samenvatting
Het leren van het vak van verpleegkundige vindt voor een belangrijk deel plaats in de praktijk. Naast de zorg voor zorgvragers, hebben afgestudeerde verpleegkundigen de taak om leerlingen die het vak willen leren, te begeleiden in hun leerproces. In dit hoofdstuk gaan we daarom in op het geven van werkbegeleiding aan leerlingen die in het praktijkdeel van de opleiding tot (mbo-)verpleegkundige zitten. Om te beginnen lichten we toe wat werkbegeleiding inhoudt en welke andere vormen van begeleiding er zijn bij het leren in de praktijk. Werkbegeleiding geven gebeurt, net als het verplegen, op een methodische wijze. We vergelijken het proces van werkbegeleiding met het verpleegkundig proces. Ook gaan we in op competentiegericht onderwijs. Wat betekent dat voor het werk van werkbegeleiders? In het tweede deel van dit hoofdstuk gaan we in op de verschillende rollen die een werkbegeleider heeft: die van organisator, opleider, begeleider en beoordelaar.
Wupke Boog
12 Kwaliteitszorg
Samenvatting
Kwaliteit is een begrip waarmee iedereen regelmatig te maken heeft. Ook binnen de gezondheidszorg is kwaliteit een belangrijk onderwerp. De Wet Kwaliteit Zorginstellingen (WKZ) en de Wet BIG, die in hoofdstuk 8 staan beschreven, zijn hiervan voorbeelden. In dit hoofdstuk gaan we in op verschillende aspecten van kwaliteit. We bespreken eerst wat de begrippen kwaliteit en kwaliteitszorg inhouden. Vervolgens lichten we de stappen toe die de basis vormen van kwaliteitszorg. Evidence based practice (EBP) levert een belangrijke bijdrage aan een goede kwaliteit van zorg. Wat dit is en hoe je het in de praktijk kunt toepassen, wordt in dit hoofdstuk toegelicht. In het tweede deel van dit hoofdstuk gaan we in op wat kwaliteit vanuit het perspectief van de zorgvrager inhoudt. Kwaliteit kan op vele manieren bewaakt en bevorderd worden. Hoe dat in zijn werk kan gaan, bekijken we op het niveau van de instelling en op het niveau van het team.
Wupke Boog
13 Deskundigheidsbevordering en professionalisering
Samenvatting
De ontwikkelingen in de verpleging gaan snel. Wat iemand tijdens haar opleiding tot verpleegkundige heeft geleerd, kan een paar jaar later al weer verouderd zijn. Daarom is het belangrijk om de deskundigheid op peil te houden. In het eerste deel van dit hoofdstuk geven we een overzicht van de verschillende activiteiten die je kunt ondernemen om je deskundigheid te bevorderen. Op twee daarvan gaan we uitgebreider in, namelijk op het geven van een klinische les en het reflecteren op het eigen beroepsmatige handelen. Het tweede deel van dit hoofdstuk gaat over professionalisering. We lichten toe wat professionalisering inhoudt en wat verpleegkundigen kunnen doen aan individuele professionalisering. Tot slot beschrijven we twee organisaties die zich sterk maken voor de professionalisering van de beroepsgroep.
Wupke Boog
Nawerk
Meer informatie
Titel
Verpleegkunde voor mbo
Auteur
Wupke Boog
Copyright
2012
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
Elektronisch ISBN
978-90-313-9231-5
Print ISBN
978-90-313-9230-8
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-9231-5