Skip to main content
Top

2004 | OriginalPaper | Hoofdstuk

28 Moe en krachteloos

Auteurs : Prof. dr. J.B.M. Kuks, Dr. J.W. Snoek, Drs. J.M. Fock

Gepubliceerd in: Praktische neurologie

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

Een 38-jarige vrouw is de laatste maanden in toenemende mate moe. Desondanks slaapt ze slecht en voelt zij zich onrustig. Ze merkt dat ze ook steeds minder kracht in haar bovenbenen krijgt. Traplopen is daardoor bijvoorbeeld moeilijker. Haar handen zijn wel goed krachtig, haar voeten kan ze goed optillen. Bovenhands werken kost haar echter moeite. Bij navraag zijn er geen stoornissen in het gevoel of klachten van tintelingen. Afgezien van een drukgevoel bij haar ogen heeft ze geen klachten van de spieren van haar hoofd. In de voorgeschiedenis staan wat gewrichtsklachten. Haar zus heeft reuma, maar deze diagnose is bij haarzelf nooit gesteld. Ze gebruikt geen medicatie en heeft dit ook in het verleden nooit gedaan, afgezien van een antibioticakuur tegen blaasontsteking. Ze vraagt zich af of ze een zenuwziekte heeft en denkt vooral aan MS, omdat deze diagnose onlangs bij een goede vriendin gesteld is.
Metagegevens
Titel
28 Moe en krachteloos
Auteurs
Prof. dr. J.B.M. Kuks
Dr. J.W. Snoek
Drs. J.M. Fock
Copyright
2004
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-9236-0_28