Samenvatting
In het vorige hoofdstuk zijn we ingegaan op welke vaardigheden je moet ontwikkelen om professioneel te kunnen verplegen. Dit verplegen vindt plaats in veel verschillende situaties. Zo kom je verpleegkundigen tegen in de thuissituatie, in de woonwijk, op scholen, in bedrijven en in instellingen voor gezondheidszorg. Verpleegkundigen houden zich daar niet alleen bezig met individuele zorgvragers, maar ook met gezinnen en leefgroepen van verschillende leeftijdscategorieën en verschillende culturen uit onze maatschappij.
In al die situaties moet de verpleegkundige kunnen omgaan met zorgvragers (patiënten, cliënten, bewoners, pupillen) en samenwerken met collega’s en andere hulpverleners zoals artsen, pastoraal werkers, paramedici, maatschappelijk werkers, enzovoort. In dit hoofdstuk gaan we daarom in op de volgende vragen:
Het verplegen, zoals dat op dit moment inhoud en vorm krijgt, is sterk bepaald door de geschiedenis. In de loop van de eeuwen heeft de verpleging steeds een andere positie en invulling gekend. Dit was onder andere afhankelijk van allerlei maatschappelijke, economische en wetenschappelijke invloeden. Om de positie en inhoud van de verpleegkundige van tegenwoordig te kunnen begrijpen, is het goed dat je het verleden kent. In deel twee van dit hoofdstuk bespreken we daarom hoe de verpleging zich in de loop van de geschiedenis ontwikkeld heeft.